De 34-jarige Diego Ashruf werkt als consultant voor KPMG. Sinds december 2015 is hij ook penningmeester in de raad van toezicht van Operafront, de stichting van regisseur Lotte de Beer die opera’s produceert. ‘Via via benaderde Martine Fransman van Cultuur+Ondernemen mij, of het me leuk leek een functie als bestuurder op me te nemen. Toen is het balletje snel gaan rollen.’
Diego vindt zichzelf niet meer jong, maar grapt dat hij vergelijking met de meeste andere Operafront leden van de raad van toezicht ‘piepjong’ is. ‘Een enkeling is zelfs al met pensioen.’ De operawereld was geheel nieuw voor hem. ‘Voordat ik in het bestuur zat, was ik nog nooit naar een opera geweest. Nu natuurlijk wel, al weet ik niet of Lotte’s producties goede referentiekaders zijn voor mij als "opera leek". Naar mijn gevoel zitten Lotte's producties vol vernieuwing en innovatie tegenover de klassieke opera’s, waar onbewust - ook voor mij - toch nog een stoffig imago omheen hangt.’
Juist zijn achtergrond in een heel andere wereld maakt deze functie voor hem zo leuk. ‘Ze hebben mij gevraagd omdat ik een heel ander profiel heb dan de meeste bestuurders binnen Operafront. Vooral mijn frisse blik en andere kijk op de zaken. Er was meteen een goede klik. Normaal heb ik niet direct contact met dit wereldje, maar het is mooi hoe dat nu zo bij elkaar komt.’
Beide partijen kunnen van elkaar leren - op praktisch en persoonlijk front. ‘Lotte is een ambitieuze, jonge vrouw. Het is bijzonder hoeveel doorzettingsvermogen zij heeft, en visie op opera. Een winst- en verliesrekening, bedrijfsrisico's en beheersmaatregelen zijn dan weer zaken die haar niet direct bezighouden, terwijl deze vanuit mijn vak heel vanzelfsprekend zijn.’
Met zijn corporate benadering geeft Diego de rest van het bestuur inzicht in onderwerpen als governance en risicobeheer. ‘Voor mijn werk zit ik om de tafel met CFO’s van grote internationale ondernemingen, daar heb ik ervaring in. Dat is een heel andere context. Tegelijk zijn Lotte en ik allebei bezig met vernieuwing en innovatie, zij het op een heel ander vlak.’
De jonge bestuurder leert ook veel van zijn collega’s bij Operafront. ‘Wat er bijvoorbeeld komt kijken bij het maken van een opera. En hoe een project dat uit liefde voor opera is begonnen, vaak in de avonduren naast het gewone werk, is uitgegroeid tot een succes. Het is mooi dat ik daar mijn steentje aan kan bijdragen en deel mag uitmaken van een prachtig gezelschap.’